Ne goeien uitleg
Een minister van staat met ervaring in de advocatuur heeft mij ooit gezegd dat wie bij overspel op heterdaad wordt betrapt, maar best totaal kan ontkennen. Dat ik mij naakt in de kleerkast bevond is geheel en al toeval, zoiets. (De staatsman zelf koos voor een wat directer taalgebruik…) Niemand gaat dat geloven, merkte ik op. De eerste dag niet, zei hij. Maar als je dat volhoudt, is er misschien de tweede dag al één iemand die dat wél gelooft. En de derde dag, twee. Enzovoort. De rechter neemt dat toch nooit aan, probeerde ik nog. Bwa, overschat de rechter niet, was het antwoord – hij had familie in de magistratuur. Maar bovendien, zei hij, wa moette anders gaan zeggen?
Lees het hele artikel