Typisch liberaal
Midden volgende maand houdt de Open VLD haar zogeheten Ideeënfestival. Al zal dat festival na het ontslag van Eva De Bleeker, maar om één idee draaien: wie wordt partijvoorzitter? En wie staat aan ...
Lees het hele artikelVan alle socialistische besturen komt het Gentse het dichtste bij het PS-model. Kenmerkend voor dat model is de jobmachine die op poten wordt gezet. Via een gigantisch ambtenarenapparaat – Gent heeft per duizend inwoners dubbel zoveel personeel als de andere Vlaamse steden. Én via een kluwen van vzw’s die óók door de stad worden betaald. Allemaal supporters, is dan de redenering. Subsidies en personeelskosten zijn in dat systeem een vorm van indirecte partijfinanciering.
Een ander kenmerk is een schuldenberg waar finaal niet meer over heen te kijken valt. Ook dat is eigenlijk heel Waals. (Een aantal Waalse steden kan niet meer lenen bij de bank; ze krijgen voorlopig (?) nog geleend geld via de Waalse regering.)
Zoals elk failliet ging ook het Gentse in twee bewegingen: eerst langzaamaan en dan plots. In de eerste fase – in Gent heeft die geduurd tot begin dit jaar, net na de herinstallatie van het paarsgroene bestuur - tiert het ontkenningsgedrag welig.
Burgemeester De Clercq vond die schuldenberg in februari 24 geen probleem. Het was ‘een bewuste keuze,’ zei hij. ‘We zijn perfect in staat onze leningen af te betalen. De volgende bestuursploeg zal een begroting in evenwicht erven, met zelfs een kleine buffer.’ Zijn toenmalige schepen van financiën Coddens zei een paar maand later dat de stad ging blijven investeren.
Coddens zei niet à la Guy Mathot dat het gat in de begroting van zelf wel zou verdwijnen, maar hij kwam toch wel aardig in de buurt: geld zal er altijd zijn, zei hij. ‘De schuld stijgt minder snel dan de ontvangsten. Wat is dan het probleem? Ons budget is op orde.’
Het is niet uitgesloten dat De Clercq en Coddens altijd opperhoofd Daniël Termont op zijn woord hebben geloofd. Hij was gewoontegetrouw ferm: ‘Van financieel wanbeleid is geen sprake: bankiers zeggen dat onze schuldratio niet slecht is voor een openbaar bestuur.’ Ook Termont heeft iets Waals: après moi le déluge.
Ook als het over zijn obees ambtenarenapparaat ging had de Gentse immer jokkende big chief een uitleg klaar. Meer personeel? ‘We doen ook veel meer dan de andere steden. We investeren in mensen.’ Talloze keren werd dat riedeltje afgedraaid, door alle paarsgroene partijen.
De Gentse professor bestuurskunde De Rynck heeft dat ‘investeren in mensen’ ooit eens nader bekeken; er blijkt namelijk een systeem te zitten in die voortdurende toename van personeel. Het in Gent alom geprezen middenveld speelt daarin een cruciale rol. Dat begint altijd met vrijwilligersgroepen die, zoals dat heet, met de stad in overleg gaan. In geen tijd komt daar een vzw van met subsidies. Korte tijd later zijn er dan een paar mensen van die vzw die door de stad in dienst worden genomen, in het begin vaak halftijds. Nog wat later behoren die mensen gewoon tot het stadsapparaat. Eerst contractueel, daarna statutair.
Soms mislukt dat laatste. In 2017 vernietigde de Vlaamse Regering in één klap maar liefst vijfhonderd Gentse statutaire benoemingen. Omdat mensen werden benoemd die op geen enkele manier hadden bewezen (via een examen bijvoorbeeld) de juiste man/vrouw te zijn voor de juiste plaats. In het vernietigingsbesluit werd het woord cliëntelisme gebruikt. Vernietigender kan een besluit niet zijn. Termont sprak over een regelrechte schande; ze moeste beschoamd zijn.
Het belette geenszins dat het ‘investeren in mensen’ doorging. Zogeheten kansengroepen en zelforganisaties van etnisch-culturele minderheden, ze moesten worden gesteund tot en met. Er moesten letterlijk koste wat kost ook mensen met migratieachtergrond - het woord allochtoon was eerder door het stadsbestuur met veel vertoon symbolisch ten grave gedragen – bij de stad komen werken. Men noemde dat het interculturaliseren van de diensten…
Dat dat kansengroepenbeleid heel vaak tot niets leidde, was ook nooit een probleem. Een van die vzw’s moest werkloze jongeren aan de slag laten gaan. Dat lukte niet. De vzw vond die jongeren niet, en van diegenen die ze dan wel hadden gevonden ging minder dan één op de twee na de begeleiding aan het werk. Oplossing? Een nieuwe dienst om mensen uit kansengroepen te begeleiden naar de begeleiding. (Ik verzin niets.)
Bleek ook dat de Gentse diensten recordhouder waren inzake ziekteverzuim. Oplossing? Een ziekteverzuim-crisismanager, met uiteraard daaraan gekoppeld een dienst ziekteverzuim. (Ik verzin niets.)
Het leidde tot karikaturale toestanden die helaas geen karikaturen waren, maar de Gentse werkelijkheid. In De Morgen stond een reportage over het leven in de (intussen gesloopte) Gentse woonblokken. Een dertiger kwam er aan het woord, een man met wat genoemd werd meervoudige problematiek. Zijn grootste probleem? Hij had maar liefst negen (!) begeleiders, en hij kreeg die maar heel moeilijk ingepland in zijn weekagenda. (Ik verzin niets.)
Geen wonder dat bij de stedelijke meerjarenbegroting een overzicht van het personeelsbestand steevast ontbrak. Dat is nochtans decretaal verplicht. En dat is ook niet onlogisch: meer dan de helft van de uitgaven van de gemeenten gaan sowieso naar de personeelskost.
Die door Vlaanderen opgelegde meerjarenbegroting – een systeem dat moet voorkomen dat de gemeenten zwaar in het rood gaan – is trouwens heel Vlaams: een zeer ingewikkeld reglement dat net daarom makkelijk te manipuleren valt. In Gent hadden ze dat heel snel in de gaten. Het zorgde ervoor dat vier jaar lang het begrotingsresultaat met vele miljoenen bloedrood kleurde, maar wonder boven wonder was er op het einde van de cyclus toch een miniem overschot van een paar honderdduizend euro. Het resultaat van boekhoudkundige trucs en buitenbalanspraktijken. Het zal u verbazen, maar in Wallonië wordt dat soort bedrog beter gemonitord dan in Vlaanderen.
En zo zijn de Gentenaars beland in de tweede fase van het faillissement: er valt niets meer te ontkennen, niets meer te scamoteren. Zelfs de vakbonden spreken nu over jarenlang wanbeleid. De lokale media, De Gentenaar op kop, gaan zelfs zo ver om Gent te verwijzen naar het succesvolle Antwerpse beleid. Door paarsgroen altijd kil en koud genoemd, af en toe ook neoliberaal.
De rekening van Termont ligt dus op tafel. Hij en zijn volgelingen en opvolgers hebben ijverig geprobeerd de werkelijkheid te ontkennen; de werkelijkheid zelf trekt zich daar nooit iets van aan.
Burgemeester De Clercq, die het woord collaboratie een hedendaagse invulling geeft, is er naar verluidt niet goed van; op doktersbevel moet hij thuisblijven. Ik wens hem oprecht het allerbeste. Ik heb wel nog twee interviews gevonden: een van Termont en een van Filip Watteeuw. Ze zeggen allebei dat De Clercq een pleaser is die bij slecht nieuws altijd gaat lopen. Maar ik geloof hen niet.
Doorbraak, 08 juli 2025
Midden volgende maand houdt de Open VLD haar zogeheten Ideeënfestival. Al zal dat festival na het ontslag van Eva De Bleeker, maar om één idee draaien: wie wordt partijvoorzitter? En wie staat aan ...
Lees het hele artikelMidden in de coronacrisis was hij de enige politicus van formaat die het aandurfde te zeggen dat Grootviroloog Van Ranst te veel rollen tegelijk speelde: expert, beslisser, commentator, criticaster...
Lees het hele artikelAstrid Elbers heeft op Doorbraak de nagel op de kop geslagen: Dalilla Hermans heeft er geen idee van wat het is om gediscrimineerd te worden. En voor alle duidelijkheid: daar kan ze ook niets aan d...
Lees het hele artikelIn de toen uitgestrekte bossen van Zuid-Frankrijk is op het einde van de 18de eeuw een jongen gevonden die totaal verwilderd was. Het kind, naar schatting een jaar of twaalf oud, sprak niet, was na...
Lees het hele artikel