Eng Vlaanderen

Dit is bij ons nationaal nieuws: eenentwintig politiemensen uit Veurne en Ieper die in Brugge of Kortrijk moeten gaan werken. En om de ernst van het probleem te duiden wordt ons gemeld dat een aantal betrokkenen er letterlijk wakker van ligt. ‘Waar zijn ze mee bezig?!’ is de vraag van een vakbondsman. Waarbij ze slaat op de mensen die hebben beslist de twee gebouwen van de Federale Gerechtelijke Politie in Ieper en Veurne te sluiten.

Dat is bij ons zelfs een staking waard; de aanzegging is er al. De misdaad en de gerechtelijke traagheid zullen er wel bij varen.

Want wie in de buurt van Ieper of Veurne woont, en vanaf eind dit jaar naar Brugge of Kortrijk moet – de eenentwintig hebben hun voorkeur mogen opgeven, en die zal worden gevolgd – heeft bijkomende autokosten. De vakbond heeft het uitgerekend: 4000 euro per jaar. En ook nog eens nutteloze uren in de auto: 440 uur per jaar; ze hebben het uitgerekend. Kosten waarvoor de betrokkenen bovendien zelf moeten opdraaien. Want voor wie met de auto komt werken, is er niets voorzien.

Het is, wordt ons nog gemeld, de uitvoering van een oud plan, waarover al jaren geruchten gingen. Maar de baas van de West-Vlaamse politie laat weten dat het nu menens is, al blijft hij bereid tot praten. Met de eenentwintig slachtoffers, met de overheid. Maar twee grote gebouwen met alles erop en eraan – ook laboratoria – voor tien (Veurne) en elf (Ieper) mensen, dat is te duur, zegt hij. Bovendien is politiewerk groepswerk: als de groep groter is, is er meer expertise en ervaring.

Soms is Vlaanderen heel erg Wallonië: dodelijk bekrompen. Waar ook steevast la proximité wordt gebruikt als argument voor de status quo. Bij politiediensten, maar evengoed bij de justitie en in de politiek. Het oude idee dat een (vrede)rechter nooit verder af mag zijn dan een dagreis per postkoets is daar (en, zo blijkt, helaas ook bij ons) nog springlevend.

Ongemak bij verandering is een zeer menselijk gevoel, maar het zijn en blijven wel valse argumenten om verandering te beletten. Toen in de negentiende eeuw de veel snellere en meer comfortabele treinen de postkoetsen begonnen te vervangen, was er ook protest. Als overgangsmaatregel – dit is geen grap - werden er jarenlang postkoetsen op treinonderstellen gemonteerd…

Gaan we dat blijven doen? Zijn er lessen die we maar niet geleerd krijgen?

En het zit diep. In De Standaard staat een lang stuk over de vraag of er iets scheelt aan onze politiek. Het lezen waard omdat het in een totaal ander verband getuigt over dezelfde obsessie met de status quo. Over Lorin Parys, Jessica Soors, Philippe De Backer, Lode Ceyssens, Peter Dedecker, stuk voor stuk zeer respectabele politici die desondanks de politiek hebben verlaten. Moet de politiek zich zorgen maken, is de vraag.

Een zeer merkwaardige vraag eigenlijk. Zou 2500 jaar terug die vraag ook zijn gesteld over Cincinnatus? Zoals bekend – Livius, vierde jaar van de Latijn-Griekse – heeft de man zich gedurende zestien dagen bezig gehouden met het regelen van de dringende Romeinse staatszaken, waarna hij naar huis gaat en zijn velden beploegt.

Is er echt een probleem als een bestaan als politicus tijdelijk is? Of om het met de woorden van De Standaard te zeggen: ‘Moet de politieke wereld veranderen of moeten de politici veranderen?’ Het merkwaardige is dat het derde mogelijke antwoord – moet er in het hoofd van onze journalisten en hun kijk op de politiek iets veranderen? – niet ter sprake komt…

Ik weet het, ik ken de binnenkant van hun partij: als Lorin Parys weggaat, of Peter Dedecker: wat een jammerlijk verlies! En wellicht kan hetzelfde worden gezegd over Jessica Soors, Lode Ceyssens of Philippe De Backer. En eerder ook over Inge Vervotte, of zelfs over Yves Leterme.

Maar misschien moeten we dat nu juist toejuichen: we hebben politici gehad die ook elders hun brood bleken te kunnen verdienen. Dat is overigens minder evident dan het misschien lijkt: ik kan een behoorlijk groot aantal verkozenen noemen van wie ik weet dat ze hebben gezocht buiten de politiek, maar niet hebben gevonden. Eén van hen is zelfs ooit nog een tijd lang partijvoorzitter geweest. Ze vonden wel iets, maar dan moesten ze meteen meer dan de helft van hun inkomen inleveren. Marktwaarde, weet u wel. En dat vonden ze wat ver gaan. Ze zijn nog altijd verkozen… Al moet in deze alles worden gezegd. Ze ondergaan tegelijk de enge kanten van Vlaanderen.

In Nederland is er ooit een PvdA-partijvoorzitter geweest die van de ene dag op de andere programmamaker en journalist is geworden. Of een Tweede Kamerlid van de VVD die kort na het einde van zijn politieke loopbaan gewoon baas van de openbare omroep werd. Net zoals bij de BBC, waar grote baas Tim Davie een politiek actief verleden heeft bij de Tories. So what?

In Vlaanderen wordt dat als een vorm van ontucht beschouwd. En dat is ronduit benepen. Het is de reflex van die journalist van De Standaard: eens in de politiek, altijd in de politiek. En dubbel erg: verstand, bekwaamheid, kennis van zaken houden op voor wie deze Rubicon ooit is overgestoken. We kiezen resoluut voor wie nooit politicus is geweest en dus onpartijdig is. In schijn althans. Het is gestolde sociale mobiliteit à la flamande.

In datzelfde artikel vraagt Peter Dedecker zich luidop af wat men zou kunnen doen om talent aan boord van de res publica te houden en tegelijk minder partij-afhankelijk te maken. Een verstandige vraag. Mijn antwoord? Misschien doen zoals in Nederland? Burgemeesters, commissarissen van de Koning (gouverneurs), ambassadeurs, het zijn vaak ex-politici.

Bij ons is dat een schandelijke politieke benoeming. In Nederland stemt dat tot schier algemene tevredenheid.

Doorbraak, 12 april 2022


Eerder

Leve de werkelijkheid

Het was een opvallend moment. Geert Wilders in debat met Rob Jetten, boegbeeld van het links-liberale D66. Wilders heeft nagetrokken dat Jetten, minister van Klimaat in het demissionaire kabinet Ru...

Lees het hele artikel

Nieuw Sociaal Contract

Ik heb het vele keren gedaan voor de VRT: verkiezingsprogramma’s maken. Het eerste was de vinger op de zere plek leggen, proberen te bepalen waar de verkiezingen over gingen. Wanneer je dat doorhad...

Lees het hele artikel

Een uphill battle

Het is zo ver: Doorbraak zit al een kleine week in een nieuw jasje. Er is een vaste ploeg die beslagen op het ijs staat, er zijn ook nieuwe mensen die voor Doorbraak schrijven. Het is tijd voor de ...

Lees het hele artikel

Raar, en het doet zeer

Ik kreeg het van jongs af aan ingelepeld. Toen ik nog maar nauwelijks kon lezen zag ik het in verschillende talen op de toren staan: Nooit meer oorlog. Het is lange jaren meegegaan. Het werd een L...

Lees het hele artikel