Ik ga toch
Dave Sinardet heeft in De Morgen van vorige zaterdag helemaal gelijk. Anders dan de volgens sommigen nogal ijdele professor zelf maal ik inderdaad volstrekt niets om mijn imago. Ik heb al wie mij d...
Lees het hele artikelVorige week voor de tweede keer prof. dr. Christine Van Broeckhoven ontmoet. En ik moet het haar toegeven: ze blijft verrassen. Dat is zelfs zodanig waar dat ik een half uur lang professioneel niet meer wist van welk hout pijlen maken.
Gewoon is dat de journalist doet wat hij/zij kan om over een onderwerp zo beslagen mogelijk op het ijs te komen. Maar meestal – laten we wel wezen – weet de geïnterviewde wel tien keer meer over het onderwerp. Daarom zit hij/zij er ook. En van de andere kant is het tegelijk een voordeel dat de journalist er ook weer niet té veel van af weet. De journalist moet tenslotte dichter bij de kijker/luisteraar/lezer staan dan bij de geïnterviewde.
Dit was ongewoon.
De professor weet gewoon van toeten of blazen. Ze zat er bij, verbijsterd, verward, bijna zoals die zwarte taxichauffeur die op de BBC per abuis voor een IT-expert werd opgevoerd. Maar merkwaardig was dat die eigenlijk nog vlot antwoordde, ook al was Engels hoorbaar niet zijn moedertaal, en dat wat ie zei nog min of meer over dat aangekondigde onderwerp ging. Maar Van Broeckhoven was erger.
Antwoorden die beginnen met een stilte van bijna 10 seconden, vervolgens een bijzonder wazige blik, gericht op oneindig, en dan een totaal onverstaanbaar antwoord. Tja… En dan zie je de twee anchors met alsmaar stijgende verbazing kijken in de richting van.. Mijn goede, slimme en mooie collega Cools heeft al van zelf grote ogen, maar ook die hebben hun limieten en die werden in dit geval ruim overschreden.
Als dat de lijsttrekker is voor de sociaal-democratie in de grootste provincie van Vlaanderen - en dat is ze – bovendien over een onderwerp dat recht naar het hart gaat van die partij – en daar ging het over; over de gezondheidszorg - dan is dat ronduit beledigend voor alle burgers met enig geloof in de democratie.
Allicht is dat ook de kern van het probleem van de professor. Van mijn eerste ontmoeting met haar op de set van Terzake, heb ik het beeld overgehouden van iemand met een huizenhoog dédain voor de in haar ogen licht onnozele vaderlandse politiek. Politiek, zei ze, dat doe ik elke dag; ik leid een labo van 80 man. En je zou eens moeten weten hoe dat internationaal in de wereld van de wetenschappers eraan toegaat, dat is pas politiek. Tja…
De sp.a heeft haar proberen slijten als specialist vergrijzing. Ze weet immers alles – ik vind dat op het net – over de rol van progranuline bij het ontstaan van dementie. En nog veel, veel meer. Moet ik dan aannemen dat die die meneer Leyman van Volvo dé verkeersspecialist is? En Kaplan Murat dan maar justitiespecialist? En Tony Mary – waarom niet? Die is toch ook vaak op tv gekomen - weldra mediaminister?
Blijkt bovendien dat Van Broeckhoven haar baan in de Kamer ziet als een soort bijberoep, want, zei ze, de wetenschap zal bij mij altijd eerst komen. Tja… Misschien moet Van Broeckhoven in het belang van de wetenschap én van het land wel gewoon wetenschapper blijven?
Als de politiek dan toch nood heeft aan nieuwe mensen die bij voorkeur van de staatszaken niets afweten, geef mij dan maar Margriet Hermans. Vanwege veelvuldige optredens in de Kaasboerin in Postel is de kans op één verstaanbaar idee over de toekomst van onze gezondheidszorg tamelijk reëel.…
Of Rudy Verhoeven misschien, de scoutsleider. In dezelfde uitzending als Van Broeckhoven kon ik ook die niet verstaan, maar in elk geval viel niet mis te begrijpen dat hij geen heil ziet in een aparte Vlaamse gezondheidszorg. Anders dan zijn eigen cd&v dus, en vandaar – om vriendelijk te blijven, Verhoeven is nog jong – zijn probleem. Volleerd als alle politieke routiniers schuift hij dan de schuld in de schoenen van de presentatoren.
Ik verwacht in dat verband nog iets van de jonge Schiltz. Als nieuwbakken VLD’er vond hij een idee van Verhofstadt ook maar niets.
Wat moet de modale betrokken kiezer hier allemaal van denken?
Politiek is belangrijk, je mag er niet slordig mee omspringen. Ook niet in de keuze van het politiek personeel. En nieuwkomers die de moed hebben om… moeten heel goed begeleid worden. Als er mensen zijn die voor de toplui inhoud én bijhorende zinnetjes bedenken om te gebruiken in debatten, dan moeten die er ook zijn voor anderen die worden uitgezonden om partijkleuren en –ideeën uit te dragen.
Ik krijg vaak het gevoel dat al – ik herhaal: al – onze partijenzich aan dat soort slordigheid bezondigen. Ik denk vaak dat de verwijten over het creëren door de media van een soortement ochlocratie (zoek maar op, lieve lezer…) door de politiek zelf ter harte moeten worden genomen. Een wetenschapper, een scoutsleider, een bv, een ceo, een bekende voetballer… Mij niet gelaten, maar mag het dan ook iets meer zijn? Of doet het er niet toe? Omdat in de politiek toch niemand iets te zeggen heeft, een man of drie per partij uitgezonderd?
Ik denk dat het echt anders kan. En het zou alvast het (niet helemaal ten onrechte) beschadigde beeld van de politiek ten goede komen.
Politiek is namelijk een vak, zoals slager of bakker. Je moet daarvoor naar school gaan.
Dave Sinardet heeft in De Morgen van vorige zaterdag helemaal gelijk. Anders dan de volgens sommigen nogal ijdele professor zelf maal ik inderdaad volstrekt niets om mijn imago. Ik heb al wie mij d...
Lees het hele artikelTreinen die van A naar B rijden, en daar ook aankomen: dat is geen nieuws. Nieuws is de trein die van de sporen dendert. Daarom is nieuws bijna altijd slecht nieuws. De volksmond weet dat, en draai...
Lees het hele artikelHou u vast. ‘Het Nederlands is een van de grofste talen ter wereld.’ Dat staat in Je mag ook niets meer zeggen van ene Mounir Samuel. Het minste wat je van hem kan zeggen is dat hij niet gebukt gaa...
Lees het hele artikelHet typeert onze openbare omroep: hij zorgt ervoor dat de vreugde op de Vlaamse feestdag niet té groot wordt. En vandaar op 11 juli op de nieuwssite van de VRT: Is de Vlaming een flamingant? Of wil...
Lees het hele artikel